CD van de Week: Life of Agony – The Sound of Scars
|De rockers uit Brooklyn, New York zijn productief! Na een opnamepauze van 12 jaar brachten ze 2 jaar geleden het prima ‘A Place Where There’s No More Pain’ uit. In die lange pauze werd, zoals bekend, Keith Caputo getransformeerd tot Mina Caputo, al had sexe-wijziging vreemd genoeg minder invloed op zijn/haar stemgeluid dan op de podiumpresentatie. Nu ligt er dan Life of Agony’s pas zesde studioalbum ‘The Sound of Scars’ voor me. Geproduceerd door hotshot Sylvia Massy (Tool, System of a Down) en gitarist Joey Z en gemastered door Howie Weinberg (Nirvana, Soundgarden, Metallica). Niet de minste namen. En het geheel klinkt goed, maar niet spectaculair. Het nogal iele snaredrum-geluid had zelfs wel wat extra diepte kunnen gebruiken. Maar het gortdroge geluid sluit dan weer mooi aan op de plaat die als voorbeeld diende: ‘River Runs Red’.
Life of Agony put voor haar live shows nogal altijd flink uit dit legendarische debuut uit 1993. Hoewel een heerlijke plaat, heb ik opvolgers ‘Ugly’ en ‘Soul Searching Sun’ altijd wat hoger aangeslagen, want meer diepgang, melodie en afwisseling. Maar het succes van RRR is de succesvolle graadmeter en heeft daarom als blauwdruk gediend voor deze ‘The Sound of Scars’. Ze noemen het zelf “hoofdstuk twee van RRR”.
RRR richtte zich op het onvermogen van een moeilijke tiener om te gaan met een reeks tragische gebeurtenissen die hem uiteindelijk tot een zelfmoordpoging dwongen. Dat album eindigt met het geluid van het bloed van de tiener dat in het bad druipt, waar hij zijn polsen had doorgesneden. De nieuwe plaat pikt het verhaal direct na de zelfmoordpoging op. Door het intro en enkele dramatische intermezzo’s leren we dat de tiener gered werd door paramedici en uiteindelijk zijn zelfmoordpoging overleefde. Deze ‘The Sound of Scars’ verkent het idee van het leven met littekens, zowel fysiek als emotioneel. Geen lichte kost dus, deze conceptplaat. Ook muzikaal niet. Korte, puntige songs op het snijvlak van rock en metal horen we wederom. Al maakt de droge, to-the-point sound één en ander niet direct toegankelijk voor een groot publiek.
Eerste echte nummer is de single en semi-titelnummer ‘Scars’. Een uptempo rocker met een onmiskenbare LoA riff en een zoals altijd prima zingende Caputo. Het catchy nummer is mooi begin van de plaat. Opvolger ‘Black Heart’ hakt er in hetzelfde tempo lekker in, met wederom een fijn refrein. ‘Lay Down’ doet me minder, al is de afwisseling in tempo tijdens coupletten en refrein wel welkom en komt de korte gitaarsolo van Joey Z heerlijk binnen. ‘Then’ is weer een kort 911-fragment, waarvan er totaal vier verspreid over de cd opstaan. Leuk voor diegenen die het verhaal volgen, skipwaardig voor de rest. Op ‘Empty Hole’ horen we, net als op meerdere nummers, een wat vervormde stem van Caputo tijdens de coupletten. Niet echt een nummer dat blijft hangen verder, daarvoor mist het wat herkenbaarheid. De band is op nummers als het van een mooi refrein voorziene ‘My Way Out’, het snelle ‘Eliminatie’ en het iets tragere, op bas en drums gedragen ‘Once Below’ beter op dreef. Afsluiter ‘Weight of the World’ biedt als melodieuze midtempo song eigenlijk net te laat de gezochte afwisseling. Mooi einde van deze Life of Agony plaat.
Hoewel het hoge RRR niveau mijns inziens, wegens net te weinig echt beklijvende songs, niet wordt gehaald, zullen de fans de plaat wel op waarde weten te schatten. Persoonlijk sla ik voorganger ‘A Place Where There’s No More Pain’ net wat hoger aan vanwege de grotere afwisseling en toegankelijkere sound. De nieuwe cd biedt de band ongetwijfeld een goede reden om weer volop te toeren. Benieuwd of ze beide, aan elkaar verwante concept-platen integraal gaan spelen. Vooralsnog kunnen we weer even vooruit met deze ‘Sound of Scars’! (80/100 – Napalm Records)
TRACKLIST
1. Prelude
2. Scars
3. Black Heart
4. Lay Down
5. Then
6. Empty Hole
7. My Way Out
8. Eliminate
9. Now
10. Once Below
11. Stone
12. Weight of the World
13. When
14. I Surrender
LINE-UP
Mina Caputo – Vocals
Joey Z – Guitar
Alan Roberts – Bass
Veronica Bellino – Drums