Pixies in 013 – Urgentie en nostalgie gaan hand in hand
|Hoewel de hoogtijdagen van de Pixies in de late jaren 80 lagen en de band jarenlang op non-actief stond is het nog steeds een grote gebeurtenis wanneer Frank Black en consorten Nederland aandoen. De Pixies treden in Utrecht en in 013 op en beide shows zijn al wekenlang stijf uitverkocht. De Pixies toeren met hun nieuwe album ‘Beneath the Eyrie’. Het album werd koeltjes ontvangen door de critici, maar dat gebeurde de Pixies ook met eerdere cruciale albums. De Pixies drijft sinds oudsher op haar ijzersterke live reputatie én de waardering van- en invloed op met name bands als Nirvana en Pearl Jam. De nieuwe generatie Pixies fans die te jong zijn om de band in haar gloriejaren mee te hebben gemaakt zijn vooral door de waardering die met name Kurt Cobain uitsprak voor de band op het spoor van de Pixies gebracht.
Bij aankomst bij 013 staat er een extreem lange rij voor de ingang van 013 te wachten. Kaarten zijn uitgegeven op naam om doorverkoop te bemoeilijken, maar controle hierop vertraagt de ingangscontrole met als gevolg dat een groot deel van het publiek de mainstage zaal pas na het optreden van het voorprogramma weet te bereiken.
Blood Red Shoes
Blood Red Shoes is het duo van gitariste Laura-Mary Carter en Steven Ansell op drums. Op het podium laat het duo zich bijstaan door een bassist en keyboard speler maar Laura-Mary en Steven hebben overduidelijk de teugels in handen. Uw verslaggever arriveert helaas ook na aanvang van de show van de Blood Red Shoes maar krijgt nog genoeg mee van de eigenzinnige mix van grunge, noise en indierock om de kwaliteit en intensiteit van de band op haar waarde te schatten. Snoeihard, snaar strak en onverbiddelijk klinkt bijvoorbeeld het afsluitende ‘Colours Fade’ waar symbolisch de bassiste en keyboardspeler aan het eind het podium verlaten en Laura-Mary en Steven nog dichter op elkaar kruipen en als duo het nummer en de show afsluiten.
Een band om rekening mee te houden. Diegene die vandaag te laat de zaal betrad krijgt op 7 november een herkansing, dan doet Blood Red Shoes nogmaals 013 aan, maar nu als hoofdact.
Pixies
Wanneer klokslag kwart voor 9 de Pixies het podium betreden heeft iedereen dan toch de zaal weten te bereiken en is 013 gevuld met vooral oudere rockers. De verwachtingen zijn hooggespannen.
Dat de Pixies nog niks aan eigenzinnigheid hebben ingeboet blijkt al gelijk. Vrijwel in het donker, met de ruggen naar het publiek wordt het instrumentale ‘Cecilia Ann’ ingezet. Hiermee is de toon gezet voor een ruim 2 uur durende rock ’n roll show. De Pixies gunnen zichzelf én het publiek in 013 nauwelijks de tijd om op adem te komen, zonder een aankondiging of zelfs maar een bedankje vuurt de band een bijna onafgebroken stroom aan scherpe, puntige en tot de verbeelding sprekende liedjes op het publiek af.
Het publiek vindt het prachtig en al snel ontstaat een pit die in de loop van de show alleen maar aangroeit. Tijdens het messcherpe ‘Break My Body’, een van de eerste hoogtepunten slaat 013 massaal aan het dansen. Het publiek reageert het sterkst op de klassiekers. Maar het is opvallend hoe goed een aantal nummers van ‘Beneath the Eyrie’ in het oeuvre van de Pixies passen. Met name het groovende ‘On Graveyard Hill’ en ‘Silver Bullet’ dat na een verhalend begin ontploft zouden niet misstaan op een klassiek album als ‘Bossanova’.
Natuurlijk zijn het toch klassiekers als het bijtende ‘Vamos’ die de exceptionele klasse van de Pixies benadrukken. Het prachtige ‘Where Is My Mind’ doet 013 bijna ontploffen en heeft in de bijna 30 jaar sinds het uitkomen nog niks van haar zeggingskracht verloren. ‘Velouria’ is ook zo’n klassieker die woordelijk wordt meegezongen en de muzikaliteit en dynamiek van de Pixies nogmaals onderstreept.
Één klassieker mag natuurlijk in geen enkele Pixies show ontbreken: ‘Debaser’, gelijktijdig snoeihard, groovend en mysterieus. De Pixies sluiten er een prachtige avond vol nostalgie en urgentie mee af. De teller van de setlist staat inmiddels op 39 en nog steeds geen overbodig woord van Frank Black.
Fotografie: (c) Armelle van Helden