CD van de Week: Greta van Fleet – The Battle At Garden’s Gate

Facebookrssmail

Geen band die sinds hun eerste EP, ‘Black Smoke Rising’ uit 2017, de rockliefhebbers zo verdeeld heeft. Greta Van Fleet werd nog net niet beschuldigd van plagiaat qua Led Zeppelin-referenties, maar de invloeden lagen er dusdanig dik bovenop dat de band terecht nauwelijks serieus genomen werd. Aangezien het live nou ook niet bepaald een feest was, met dank vooral aan de ‘love it or hate it’ stem én nogal onzekere podiumpresentatie van zanger Josh Kiszka, was het des te verrassender dat zowel beide EP’s als ook hun debuutplaat grote successen werden. Met zelfs een Best Rock Album Grammy voor 2e EP ‘From the Fires’. Waar een qua genre vergelijkbare, maar veel betere band als Rival Sons nog steeds middelgrote zalen plat speelt, schoten de jonkies van Greta meteen door naar de eredivisie-rockregionen. Het kan verkeren. Al had hun eerste echte langspeler  ‘Anthem of the Peacefull Army’ (2018) al een meer volwassen geluid en bevatte een aantal prima songs.

‘The Battle At Garden’s Gate’ had een hoofdstuk kunnen zijn uit een Tolkien-boek en muzikaal de bijbehorende soundtrack. Met een gemiddelde tracklengte van 5:30 minuten, uitdagende arrangementen, een nog nét wat hoger zingende Josh Kishna (wiens stem uit gelijke delen Robert Plant, Geddy Lee en Mickey Mouse bestaat) en het nagenoeg ontbreken van catchy refreinen, snap je dat dit een uitdagende luisterervaring is. Maar gelukkig is het wél een echte groeiplaat geworden, die steeds meer prijs geeft. Alsof ze de Zeppelin-vergelijkingen zelf ook wat beu beginnen te worden, is de nieuwe plaat ook een stap dichter bij een eigen smoelwerk, het schurkt nu zelfs tegen de jaren 70 progrock en psychedelica aan, en niet alleen qua lengte van de nummers.

De eerste drie songs zijn afgelopen maanden al als single gereleased en dus al bekend. ‘Heat Above’ zet meteen de toon. Het is een mooie, zwaar aangezette, orkestrale ballad vol akoestische gitaren waar Josh overheen galmt en hoogtes aantikt waar je gehoor even aan moet wennen. Navolgende rocker ‘My Way, Soon’ is wat traditioneler van opzet en heeft een aanstekelijke gitaarriff die, jawel, van Zeppelin had kunnen zijn. Wederom een epische, folky ballad met ‘Broken Bells’, maar wat voor één! Bijna zes minuten genieten is het met zijn prachtige opbouw, mooie zanglijnen, ondersteunende strings en lange wahwah-solo. Mooie volle productie ook, alleen hadden de drums van het enige niet broertje, Danny Wagner, net wat harder in de mix mogen staan.

In het meeslepende en compacte ‘Built by Nations’ probeert Josh wat ruiger te zingen, met wisselend resultaat. Tweede single, het flamboyante ‘Age of Machine’ tikt weer bijna de zeven minuten aan en verzuipt bijna in de bombast met dat ondersteunende koor halverwege. Dan is het fijn op adem komen met het akoestische ‘Tears of Rain’. Al valt in deze setting de stem van Josh wel extra op helaas, die hier op het randje zingt. ‘Stardust Chords’, wederom een semi-ballad, is weer volop jaren 70 rock, met weelderige orkestpartijen in het tweede deel. Het valt op dat in vrijwel elk nummer alle remmen los gaan, een iets betere dosering had meer effect gehad. Ook ‘Light My Love’ is weer een ballad en ook deze heeft een refrein dat volop ondersteunt wordt door piano en strijkers. Niet ieder nummer hoeft de nieuwe ‘November Rain’ te worden, ‘less is more’ jongens! 

Gelukkig vormt een eenvoudige en stevige riff de basis voor het grungy en bluesy ‘Caravel’. Terug naar de zware retro (prog)rock in het met vele lagen keyboard- en gitaar beklede ‘The Barbarians’, welke verder niet wil blijven hangen. Dat lukt wel met het swingende ‘Trip the Light Fantastic’, die uitgekleed start, totdat halverwege een kinderkoor het refrein komt ondersteunen. Afsluiter, het bijna negen minuten durende ‘The Weight of Dreams’ is Greta’s poging zijn eigen ‘Stairway to Heaven’ te schrijven. Dat lukt niet helemaal, maar lekker istie wel! Prachtig van opbouw, heerlijke zanglijnen vol dramatiek en uitmondend in een minutenlange gitaarorgie van Jake Kiszka, die hier zijn bewondering voor Jimmy Page niet langer probeert te onderdrukken. Een heerlijke en passende afsluiting van dit album.

Tsja, ‘overdaad schaadt’ is zelden meer van toepassing geweest dan op deze iets te ambitieuze ‘The Battle at Garden’s Gate’. Qua songmateriaal is dit een flinke stap voorwaarts voor Greta Van Fleet, maar in hun jeugdige enthousiasme gaat de band zich in vrijwel ieder nummer te buiten aan koren, strijkarrangenten, synthesisers, gestapelde lagen gitaar etc. Alsof je in Lord of the Rings alle veldslagen achter elkaar kijkt. Met een betere verhouding tussen epische semi-ballads en puntige rockers was dit een minder vermoeiende en beter uitgebalanceerde luistertrip geworden. Maar gedoseerd genuttigd, is het wel een prima groeialbum hoor, daarvoor valt er meer dan genoeg te beleven. Al moet je wel van de piepstem van Josh Kiszka houden, dat blijft een ‘acquired taste’ zeg maar. (82/100)(Lava/Republic Records)

Tracklist

1. Heat Above 5:41
2. My Way, Soon 4:15
3. Broken Bells     5:50
4. Built by Nations 3:58
5. Age of Machine 6:53
6. Tears of Rain 3:50
7. Stardust Chords 4:57
8. Light My Love 4:30
9. Caravel 4:55
10. The Barbarians 5:20
11. Trip the Light Fantastic 4:33
12. The Weight of Dreams 8:51

Line up

Josh Kiszka – lead vocals
Jake Kiszka – guitars, backing vocals
Sam Kiszka – bass guitar, keyboards, backing vocals
Danny Wagner – drums, backing vocals

Facebooktwitterredditpinterestmail

PJ