Black Stone Cherry blij met creatieve vrijheid

Facebookrssmail

Black Stone Cherry stond afgelopen week voor een concert in de Amsterdamse Melkweg. Eerder die middag had Rockmuzine een interview met bassist Jon Lawhon en drummer John Fred Young.

Tien jaar lang zat Black Stone Cherry bij Roadrunner Records, dat later werd ondergebracht bij Atlantic Records. Gaandeweg die verandering van label, werd de band niet meer begrepen door de plantenmaatschappij. Sinds vorig jaar zit de band bij Mascot Label Group, label van artiesten als Beth Hart, Joe Bonamassa en Volbeat! Jon vertelt ons dat het in Amerika erg belangrijk is voor een plantenmaatschappij dat haar artiesten veel airplay krijgen. Echter voor Southern bands als Black Stone Cherry is het erg lastig om op de radio te worden gedraaid. ”In the US everything is super radio driven.”

Black Stone Cherry

Het eerste contact met Ed van Zijl, van het Nederlandse Mascot Label Group, verliep anders dan verwacht. “His first question was, what’s your gear?” Daarmee merkte de band wel dat dit label, en voornamelijk Ed van Zijl, bij de band past. En dat Ed geen, zoals Jon het mooi omschrijft, ‘Pencil Pusher’ is.

Ze kregen de mogelijkheid om het nog te verschijnen album Kentucky op te nemen zoals de band dat wilde. Creatieve vrijheid kreeg de band volop van het label, en dit is zeker terug te horen op het album. 99% van het album is geschreven door de band zelf, en daarnaast is het album in zijn geheel geproduceerd door de band.

Het meest bijzondere nummer van het album is ‘The Rambler’. Goede vriend Jasin Todd, van de band Shinedown, schreef het nummer ergens in mei vorig jaar tijdens een tour. Het gaat over het leven van Jasin, en is een zeer emotioneel nummer voor Black Stone Cherry. Ze hebben het nummer in overleg met Jasin wat aangepast en meer eigen gemaakt voor Black Stone Cherry. Hierdoor krijgt het nummer een ‘Kentucky’ sausje en blijft het goed overeind in de set.

Het nieuwe album Kentucky

blackstonecherrykentuckycdDe keuze om het album na de tour uit te brengen was geen bewuste keuze, deze tour was al geboekt voordat de studio geboekt was om het album op te nemen. “Touring is what we do!” zegt Jon in volle overtuiging.“Twee nummers van het album, de single ‘In Our Dreams’ en ‘The Rambler’, gebruiken we in de set. Zie het als een soort advertentie voor het album. Momenteel kan je het album pre-orderen op onze site en ik moet zetten dat de voorverkoop erg goed gaat”. John Fred Young benadrukt dat de band zeker terug gaat komen om het nieuwe album te promoten en er weer een feestje van te maken in Nederland,

De vraag welke band de meeste invloed heeft gehad op Black Stone Cherry bezorgt de twee muzikanten gefronste voorhoofden. “Dat is lastig” aldus John Fred Young, “Er zijn zoveel goede bands, The Beatles, Led Zeppelin, Aerosmith en er zijn zoveel acts die van invloed zijn geweest op ons, dus er is niet 1 band te noemen. Als je ons een festival laat organiseren met de 20 beste bands dan komen we er misschien wel uit. De naam hebben we al Cherry Fest.”

John Fred Young haalt tijdens het interview aan dat ze voor het eerst in de grote zaal van de Melkweg spelen, de verwachting van de band was dat ze in de kleine zaal zouden spelen. Echter is de kaartverkoop ruim boven de 700 uitgekomen waardoor ze verplaatst zijn. Young: “Is dit een zaal voor 700 man? Wow, in Amerika is dit hooguit 450 wat er in zo’n zaal mag, ik snap dat niet. Oh wacht, natuurlijk, jullie Europeanen zijn een stuk smaller natuurlijk! In Amerika is iedereen wat dikker dan hier.”

Black Stone Cherry: A Sweat Nasty Rockshow!

“We proberen menselijk te blijven op het podium, we zijn geen circusartiesten, we proberen het publiek een ervaring mee te geven van het “down to earth” gevoel. Energiek en een beetje gek, maar wel dichtbij en eerlijk, je kan het bijna aanraken”. “Black Stone Cherry is een echte vriendengroep, we doen alles voor de band samen, schrijven, produceren maar ook deze interviews. Er is niemand in de band die zich voordoet als frontman, dat zijn we allemaal”
John en Jon vullen elkaar aan alsof het een ingestudeerd interview is: “We hopen dat het publiek dat ziet, dat we alles doen om een te gekke show neer te zetten. Misschien niet de meest perfecte show, maar we proberen die kleine zaaltjes van vroeger voor 100 man, te vertalen naar de grotere podia”. “A Sweat Nasty Rockshow!”

Foto: Robert Westera – Rockmuzine

Facebooktwitterredditpinterestmail

PJ