Fit for an Authopsy – The Nothing That Is
|Vrijdag 25 oktober bracht de Amerikaanse deathcore formatie Fit For An Autopsy zijn nieuwste plaat ‘The Nothing That Is’ uit. De band heeft afgelopen jaren een redelijke groei doorgemaakt binnen het genre en staat ondertussen vrij stevig in zijn schoenen. Het geluid van de band laat zich grotendeels kenmerken door de diepte die de drie gitaristen Will Putney, Pat Sheridan en Tim Howley bieden, en de manier waarop vocalist Joe Badolato zangstijlen in zijn screams weet te verwerken. Het even sterke ritmische deel van deze band bestaat uit bassist Peter Spinazola en drummer Josean Orta.
Het album duikt er direct hard in met de half-tempo opening van ‘Hostage’, om daarna door te knallen in een sterk stuk melodisch werk zoals alleen Fit For An Autopsy dit lijkt te kunnen. Het hierop volgende ‘Spoils of the Horde’ is dan weer een aardig staaltje ritmisch werk; flink djenty met een stevige downtempo breakdown als einde. ‘Savior of None / Ashes of All’ is een wat typischer FFAA nummer; keiharde, ritmische coupletten, aangevuld met een rustig, melodisch refrein, waarin de scream/zang hybride vocalen goed naar voren komen, in dit geval aangevuld door een uitstekend stukje drumwerk met veel bell gebruik.
Het brute ‘Weaker Wolves’ opent heel erg drums gedreven, om daarna over te gaan in een scala aan flink moshbare riffs, met voldoende stukken op een lager tempo om de nekspieren een goede workout te geven. De rustige intro van het hierop volgende ‘Red Horizon’ slaat over in een flink smerige bendy riffs (op een goede manier). Het nummer is wat minder energiek, maar toont goede songwriting en bevat bovendien een stevige breakdown met flink brute vocals. Titeltrack ‘The Nothing That Is’ brengt een prima weergave van wat men zou bestempelen als de identifcieerbare Fit For An Autopsy stijl; ietwat proggy qua verloop, een perfecte balans tussen ritmisch en melodisch werk en de kenmerkende vocalen.
‘Lurch’ opent erg rustig en geeft de eerste impressie een soort deathcore ballad te zijn, maar na iets meer dan een minuut opent het nummer door naar een flink aggressieve riff, waarbij het tempo er flink in blijft zitten. Het lijkt gemaakt op de circle pits, met een mooie breakdown die een wall of death goed zou toelaten. ‘Lower Purpose’ zet de aggressie van ‘Lurch’ goed door, dit keer met een wat meer djent/bend gebaseerde stijl. De band was duidelijk op zoek maar een hard einde voor het album, want ook ‘Lust For The Severed Head’ slaat de plank niet mis, met opnieuw een hoog tempo er in. Afsluiter ‘The Silver Sun’ geeft in de intro even de tijd om tot rust te komen, maar deze rust slaat na dik anderhalve minuut weer door naar een stevige pot ouderwets ramwerk. De diversiteit die de heren in de nummer tonen is een passende afsluiter voor dit sterke album; er komt een scala aan verschillende riffs en tempo’s voorbij. De rustig afbrekende outro van het nummer voelt als een stilte na de storm; een moment om te kunnen nadenken/rusten na wat er net door je oren geblazen is.
‘The Nothing That Is’ is een gigantisch sterke plaat, zowel kijkend naar de losse nummers als naar de opbouw van het gehele album. Een moderne klassieker kunnen we het wellicht niet noemen, maar het zal weinig schelen.
8.5/10
De band is binnenkort te zien op een EU tour met Sylosis, Darkest Hour en Heriot, met de enige Nederlandse datum in Doornroosje (Nijmegen) op 30-11.