Insania – The Great Apocalypse

Facebookrssmail

Er zijn hele volksstammen die geloven in de komende grote apocalyps, of de grote eindtijd, al is er verschil van inzicht in hoe een en ander tot een daverend slot zal komen. Het is in elk geval voer voor de verbeelding. Dan kun je inspiratie halen uit de beschrijving zoals Paulus die optekende in het boek Openbaringen; het geniet als scenario nog steeds de grootste populariteit, maar er zijn groepen die een geheel andere voorstelling van zaken propageren. Sommige filosofische denkers die zich meer in de new age-hoek bevinden, stellen de apocalyps voor als de overgang naar een nieuwe dimensie. Er zijn UFO-sekten die buitenaardse interventies voorspellen. En dan is er nog een buitencategorie: de Doomsday Preppers die een ecologische ineenstorting verwachten als gevolg van een nucleaire oorlog, een pandemie of een klimaatramp. Preppers beginnen met een noodpakket met wat harde meelkoeken en een knijpkat, maar eindigen met het bouwen van bunkers naarmate de datum van de eindtijd dichterbij komt.

Nee, gezellig is het allemaal niet. ‘The Great Apocalypse’ van de Zweedse formatie Insania klinkt dan ook niet per definitie gezellig, laat staan subtiel. Het is alleen te hopen dat die apocalyps zich niet met de snelheid aandient waarin deze formatie speelt. Laten we het zo zeggen: de double bass-kick wordt serieus aan een stresstest onderworpen: het ding roffelt er genadeloos hard op los onder de voeten van drummer en oprichter Mikko Korsbåck. Combineer dat met gitaren die op een triljoen octave dividers en sustain-effecten zijn aangesloten en je hebt een definitie van het geluid dat Insania voortbrengt. Als topping dienen we dan ook nog orkestrale arrangementen met strijkers en koren toe te voegen om het bombast echt body te geven.   

Hun stijl is sinds de oprichting in 1992 niet wezenlijk veranderd: sterk beïnvloed door groepen als Helloween en Stratovarius, wordt het geluid van Insania bepaald door snelle ritmes, melodieuze neoklassieke gitaarlijnen en hier en daar wat spirituele teksten. ‘The Great Apocalypse’ gaat wat betreft stijl verder waar ‘Insania V’, de eerste plaat in veertien jaar tijd, ophield. De band tapt uit hetzelfde vat: net als op ‘V’ bezingt Ola Halén de destructieve mens die maar niet leert van de fouten die hij maakt en derhalve onvermijdelijk op die apocalyps afraast.

In de opener ‘The Trinity’, dat als single werd uitgebracht, maakt Insania direct duidelijk wat de apocalyps heeft ingeluid: een nucleaire oorlog. Trinity was de codenaam die in New Mexico werd gebruikt voor de locatie waar de eerste nucleaire wapens werden getest onder leiding van Robert Oppenheimer, die zich als een van de weinigen realiseerde welke impact dit zou hebben op de wereld (tip: in de film ‘Oppenheimer’ wordt dit verhaal briljant verteld). Het nummer laat er geen misverstand over bestaan wat we op dit album verder te horen krijgen, maar wat Insania onderscheidt van menig andere band in dit genre is de zang: de vocalen zijn echt indrukwekkend. 

Verder doet Insania wat je mag verwachten: stukken met enige lengte en voorzien van zeer rijke arrangementen, waarvan ‘No One’s Hero’ een prima voorbeeld is. Maar het is toch echt die magistrale strot die ons overtuigt: een stem waarmee Halén echt griezelig hoog komt, maar schijnbaar met hetzelfde gemak ook laag en rauw kan klinken. Gevalletje ‘don’t try this at home’, want dit is slechts weggelegd voor zeer geoefende zangers die hun stembanden maximaal onder controle hebben. Dat past bij wat we vaak horen bij veel bands in dit genre: technische perfectie. Doorgaans hebben de muzikanten dan een klassieke achtergrond, maar in een interview voor rockunited.com verklapte Korsbåck dat geen van de bandleden is opgegroeid met klassieke muziek, door de drummer in één adem afgedaan als “te zacht en te langzaam”. Daarom gaat vrijwel alles op standje ‘volle bak’. Toch wagen wij de uitspraak te betwijfelen: technische beheersing op dit niveau krijg je niet door enkel een pak knäckebröd naar binnen te hengelen – of zelfs door alleen naar Yngwie te luisteren.

Gaandeweg vragen we ons wel af hoe ze dit live gaan doen. Want langer dan een uur op dit niveau en op deze snelheid spelen, is niks minder dan topsport. Hier en daar een rustpunt zou beslist welkom zijn. Op slechts een sporadisch moment is er een adempauze, bijvoorbeeld in ‘Revolution’, waar het ineens stilvalt. We horen plots alleen een piano en de stem van Halén: Now it’s time for our revolution. De rust – en de revolutie – is evenwel van korte duur: de violen zwellen al weer aan, de gitaren lijnen zich op voor nog meer verwoestende solo’s.

Zo galoppeert het album richting het sluitstuk: ‘The Great Apocalypse (When Hell is All Around), met de speelduur van een klein kwartier een behoorlijke aanslag op ons uithoudingsvermogen. Na een onheilspellend intro, begint het nummer ingetogen, met een tokkel op een akoestische gitaar en wat keyboard-violen. Natuurlijk gaat het daarna wel los, maar wat dit stuk sterk maakt is de dynamiek tussen de diverse delen. Daarbij wordt alles nog een keer uit de kast gehaald. Dat mag. Dat moet zelfs in dit genre. Als het hemelgewelf scheurt, dan dient dat theatraal en groots te gebeuren. Waarvan akte. Wij gaan maar eens op zoek naar een knijpkat en een pak eeuwig houdbare knäckebröd. (75/100)(Frontiers Music)

Bandleden: 

Ola Halén – Vocals and Guitars

Niklas Dahlin – Guitars

Erik Arkö – Bass

Mikko Korsbäck – Drums

Tracks

1. The Trinity

2.  Indestructible

3.  No One’s Hero

4.  Afterlife

5.  Revolution

6.  The Prophesier

7.  Fire From Above

8.  Underneath The Eye

9.  The Great Apocalypse (When Hell Is All Around)

Facebooktwitterredditpinterestmail

PJ