Automatic Sam over ecoline en de buidelarend
|Rockmuzine was te gast bij Automatic Sam in haar oefenruimte even buiten Nijmegen. Het werd een geanimeerd gesprek waarin onder andere zanger Rinus, Captain Beefheart en de ratvalk de revue passeerden. Natuurlijk werd Rockmuzine ook nog vergast op een oorverdovend voorproefje van wat de albumpresentatie van ‘Arcs’ gaat brengen.
In het tot oefenhok omgebouwde tuinhuis in de tuin van bassist Erik ontvangen Pieter, Rense, Lars en Erik Rockmuzine gastvrij met koffie. Er is zelfs aan stoelen voor het interview gedacht. Zanger en gitarist Pieter Holkenborg zit duidelijk op zijn praatstoel (letterlijk) en hij neemt dan ook meestal het voortouw in de discussie.
De band
Automatic Sam is in 2008 opgericht. De band ontstond “uit de losse pols”, zoals Pieter het uitdrukt toen de oude schoolvrienden Pieter en Rens na de nodige omzwervingen besloten om weer samen te gaan spelen. Harm, ook uit hun eerste bandje werd erbij gevraagd evenals Bob (Hogenelst JW). Bob is de achterneef Pieter dus het was logisch dat die mee zou doen. En zo is het begonnen. Na het vertrek van Bob en Harm in 2012 en na nog een periode met Tim van Delft op drums te hebben gespeeld, “zitten we nu met Erik en Lars en dat is ook heel leuk”.
De bandnaam is voortgekomen uit de voorliefde van alle bandleden voor Captain Beefheart en een van zijn coolste nummers is ‘Tarotplane’ in het bijzonder. Een bijna 20 minuten durende freeform jam waarbij ook de tekst gaandeweg in de studio bij elkaar geassocieerd werd. Het is een beetje een vaag verhaal over de hoofdpersoon Automatic Sam die een meisje meeneemt in zijn verzonnen vliegtuigje en met haar allerlei bijzondere werelden bezoekt. Dat vonden wij wel goed passen, vooral omdat Beefheart het geijkte genre totaal overhoophaalt en door niets geremd wordt. Een fictief persoon als bandnaam geeft ook een signaal af, anders dan bijvoorbeeld “Guns ’n Roses”. Dan komt ineens de herinnering aan de allereerste show van Automatic Sam naar boven tijdens het roemruchte Peppelfest in Lichtenvoorde. De avond erna speelde Automatic Sam haar eerste clubshow in een lokaal café in Lichtenvoorde waarin de band een jamsessie afsloot met een echte set, die ook half bij elkaar gejamd was.
Live of studio?
Op de vraag of Automatic Sam in de eerste plaats een live- of een studio band is antwoordden Pieter, Rense en Lars eensgezind “een liveband”. Erik is daar genuanceerder over en benoemt ook het creatieve proces van het creëren van nieuwe nummers. Het compromis wordt gevonden in een live-studio band. Dit is tekenend voor de rolverdeling binnen de band. Democratisch tot op het bot, Automatic Sam opereert als een echt collectief. Pieter en Rense komen vaak met ideeën voor nieuwe nummers maar daar wordt met de hele band net zo lang aan bijgeschaafd en doorgebouwd tot het een echte samenwerking is en het resultaat veel meer is dan het oorspronkelijke idee. Het kost wel meer tijd en ongeduldig als Pieter is moet hij dan wel eens wat verbijten, maar dat is het meestal dubbel en dwars waard. Pieter: “Zeker in contrast met andere bands waarin iemand de enige kapitein op het schip is, dan voelt het na verloop van tijd of je in andermans band speelt. Dit is na bijna 10 jaar nog steeds onze band. Dat is wel cool. Een van de allermooiste dingen van muziek maken is het onverwachte. Of het nu de verrassende uitkomst van een jam is of een moment van inspiratie als je opeens een idee voor een nieuw nummer hebt. Gelukkig hebben we binnen onze muziek veel ruimte voor improvisatie. Soms is dat brandhout maar soms ontstaat er iets dat je niet van tevoren hebt kunnen bedenken. Tegelijkertijd zijn we alle vier fanatieke instrumentalisten die heel veel oefenen om zo goed mogelijk te kunnen spelen. “Erik vult aan: “De kracht van ons collectief is dat we het samen altijd beter maken dan dat wat uit het brein van één iemand is ontsproten.”
Erik geeft aan ”We kunnen allemaal niet leven van Automatic Sam. We moeten er dus nog iets bijdoen naast de band. Al verdienen we niet ons geld met Automatic Sam, het voelt zeker niet als een hobby. We zijn dagelijks met de band bezig, het voelt als iets natuurlijks.” Volgens Pieter heeft Automatic Sam “een boel muzikale ambitie maar we zijn de meest onsuccesvolle band van Nederland. Het geld komt echt niet met scheppen binnen. Dat is ook niet erg”. “Nou, we zouden het ook niet erg vinden om 10 miljoen platen te verkopen” klinkt het uit diverse hoeken. “Maar Automatic Sam is nu eenmaal een band die muziek maakt die niet voor de grote massa is, dat doen we niet bewust, maar we zijn ook niet van plan om onze muziek aan te passen zodat het “radiovriendelijker” is, wat dat dan ook mag betekenen. Dat is overigens ook geen garantie voor succes.”
Over inspiratie
Rense: “De drie, nee vier pijlers van Automatic Sam zijn boogie, improvisatie, energie en volume” Pieter vervolgt: “In onze bio staat: een avontuurlijke gitaarrockband, je moet toch iets bedenken”. Er ontstaat overeenstemming over de vier pijlers en dan met name de laatste: volume. De inspiratiebronnen van de band lijken in eerste instantie nogal diffuus, en na een lacherig begin waarin de tv-serie ‘Ha die pa’ valt wordt Pieter serieuzer en geeft hij aan dat hij muziek inspirerend vindt als de muzikanten met bepaalde opvattingen muziek maken. Dan maakt het genre niks uit, of dat nou Beefheart, Black Flag, Miles Davis, Sparkle Horse, Normaal of Opgezwolle, gewoon lui die doen waar ze zelf zin in hebben. Bob Dylan is in Pieter’s opvatting net zo’n stoere punkrocker als Ian MacKaye van Fugazi. Verder lees ik nog wel eens een boek vervolgt Pieter. Als hem dan voor de voeten wordt geworpen dat hij geen geduld heeft voor films, maar wel voor boeken, benoemt hij dat je meer in een boek wordt gezogen, dat het je fantasie meer prikkelt, “Bij (sommige) films val ik na een half uur in slaap”. Erik wordt vooral geraakt door kunst of muziek die een bepaalde oprechtheid heeft. Dat staat helemaal los van genres, maar dat kan in bepaalde klanken of kleuren zitten. Veel doet dat juist niet. “Ik vind heel veel muziek gewoon niet leuk omdat het dat gewoon niet heeft. Dan heb ik dat al gehoord maar veel beter of er zit totaal geen spanning in.” Als voorbeeld van wat Erik wel pakt noemt hij de Boiler Room sessie van SquarePusher. Een vervreemdende soort drum ’n bass gespeeld door mannen met verlichte helmen op. Totaal iets anders dan Automatic Sam maar het pakt wel meteen. Lars zegt dat er wel grenzen aan zitten. Zanger Rinus meent het heel erg oprecht maar dat is toch over de grens. Er is wel volksmuziek die wel echt en oprecht is. Andre Hazes is daar een goed voorbeeld van. Een echte blueszanger volgens Pieter. “Als hij niet “te dorstig” was geweest had hij kunnen uitgroeien tot de Charles Aznavour van Nederland.”
Op de vraag “Als je jullie muziek zou moeten vergelijken met een andere kunstvorm” valt Rense nog voor het woord kunstvorm is uitgesproken in met “Dier”. Daar wordt verder niet op ingegaan, maar dat komt later nog wel terug. Rense moet bij de kunstvorm denken aan ecoline blazen. Je doet keihard je best, je hebt geen idee wat er uit gaat komen en het is altijd een kleurrijk geheel. Pieter vult aan dat ecoline blazen, net als Automatic Sam toch een vrij marginale kunstvorm is.
Over samenwerkingen
Pieter zou wel 1000 wensen voor verschillende samenwerkingen kunnen noemen, “niks ten nadele van deze drie gasten.” Namen uit heden en verleden vliegen van hot naar her over de tafel: Queen mét Freddy, Led Zeppelin mét Bonham, Han Bennink, rondrennen op het podium bij Guns ’n Roses, Iggy, Jimi Hendrix, Philip Glass. Beefheart, Can, de Duitse Krautrock jam band. “Geweldig als je daar een uur bij zou mogen aansluiten, al was het met een koebel” verzucht Pieter. Erik noemt de producer Daniel Lanois. Die heeft zo’n eigen kijk op sfeer en klank, dat zou supercool zijn om te zien wat er uit de samenwerking met Automatic Sam zou komen. “Als dan toch alles mag”, zegt Pieter, “Dan zou ik graag het moment meemaken dat er voor het eerst versterkte muziek klinkt. Dat je in een roadhouse in de jaren 50 staat en in plaats van dixieland of swing opeens een paar gasten keihard op een elektrische gitaar gaan staan rammen en het effect dat dat op mensen heeft.”
Over Arcs
“Deze keer zijn we meer voorbereid de studio ingegaan. We hadden al een aantal ideeën klaarliggen en mede omdat we in periodes in de studio hebben gezeten moesten we ook wel wat voorbereiden. We zijn ook wel eens met bijna niks de studio ingegaan, dat we een week voor we de studio hadden besproken zaten van “het wordt nu toch echt wel eens tijd om op z’n minst een aantal jams uit te zoeken waar we op voort kunnen borduren”. ‘Arcs’ is opgenomen in de Galloway studio in Nijmegen door Sebastiaan van Bijleveld. Sebastiaan is meer een vijfde bandlid dan producer geworden. Het beslissende moment van ‘Arcs’ was het moment dat Sebas zei dat hij het eigenlijk niet meer snapte waar het naar toe ging en ons vertelde niet meer op te nemen maar te gaan zitten en alles wat tot dan toe was opgenomen eens terug te luisteren. Op dat moment beseften we dat het een heel goed album aan het worden was. We hebben daarna nog geschoven met de volgorde en her en der een paar rustpunten ingebouwd maar dat was het. Als Sebas ons toen niet terug had teruggeroepen hadden we nu misschien nog zitten “pielhazen.”
“Arcs klinkt lichter dan eerder werk. Dat is niet bewust, maar dat is ons ook opgevallen. De eerste plaat ‘Texino’ klinkt vooral bluesy terwijl ‘Sonic Whip’ onze punkrock periode vertegenwoordigt hoewel echte punkers zullen zeggen dat het totaal niet als punk klinkt. Voor ons vertegenwoordigt het wel een punkhouding, aggressief, riffgedreven. ‘Arcs’ is meer vanuit de liedjes geschreven, wat opener en daarmee misschien ook wel wat toegankelijker. Het loopt soms zo.” Voor Pieter is ‘Parnassia’ , het instrumentale nummer op het album zijn favoriet. Het klinkt lekker en de sfeer klopt, maar hij is vooral blij om zijn eigen stem niet te horen, dat trekt hij voor geen meter. Erik heeft geen echte favoriet. Hij is het horen van de plaat na het maken beu. ‘Arcs’ is zijn favoriete nummer om te spelen omdat daar veel wisselingen en uitwaaierende stukken in zitten . Dat ontvangt direct bijval van Pieter. Bij Rense verandert de voorkeur telkens, hadden we het vorige week gevraagd was het wellicht ‘Arcs’ geweest, nu is het ‘Against The Clock’.
“Dat geldt eigenlijk ook voor allerlei muziek Als je naar een album luistert dan vallen je steeds nieuwe dingen op, en als je na een tijd de plaat opnieuw opzet dan zijn ineens heel andere nummers je favoriet.” Dan slaat de nostalgie toe met de constatering dat complete albums luisteren tegenwoordig veel minder voorkomt. “Bij een elpee of een bandje zat je vast aan een bepaalde volgorde, zodat je na verloop van tijd alle nummers op een plaat kende, ook degene die je in eerste instantie niet zo bevielen. Bij je favorieten was het zelfs zo dat de tikken of tape ruis er gewoon bij hoorden. Als je dan de cd voor het eerst opzette miste je die. Bij Spotify is de noodzaak om hele albums te luisteren weg.” Pieter doorbreekt de ingevallen nostalgie als hij zegt dat hij vroeger al mixtapes maakte, dus wat is het verschil. Veel hiphop en R&B acts droppen alleen singles en ep’s. Ook de Beatles en de Stones maakten in eerste instantie geen albums. Pas in de jaren 70 kwamen conceptalbums in zwang. Volgens Pieter hoort het misschien wel bij de jongerencultuur, en zit de jeugd helemaal niet op albums te wachten.
Over live spelen
Met de release van het album kan ook Harm-Jan de boeker op stap om festival optredens te boeken. Nu de plaat zo laat uitkomt zal het geen superdruk festival seizoen worden. Maar vanaf september verwacht Automatic Sam diverse podia in Nederland aan te doen. Hopelijk ook in het buitenland. In het verleden is dat altijd gelukt, met name in België, Duitsland en Zwitserland. Zelfs Engeland werd aangedaan, maar dat betekende bijna het faillissement van de band omdat het net iets te gezellig was. Pieter: “We gaan graag weer naar Engeland, maar dan wel anders.” Lachend: “Dat gaat waarschijnlijk niet lukken.”
Over toekomstdromen
De heren hebben een heleboel creatieve ambitie. Nu de band weer op volle sterkte is gaat het weer rollen. Pieter: “Eerder met Bob en Tim was het tof, maar wisten we dat het eindig was. Nu hebben we geen zorg meer dat er binnenkort weer nieuwe bandleden gezocht moeten worden. Dat schept de ruimte voor nieuwe plannen, albums en projecten. We zouden makkelijk ieder jaar wel een nieuwe plaat kunnen en willen maken. Bijvoorbeeld een instrumentaal album of wat meer overzichtelijk: een ep. Of samenwerkingen met andere disciplines, met bijvoorbeeld een filmer, of dans. Buiten je bubbel van oefenen en spelen treden en jezelf uitdagen. We gaan ook akoestisch spelen. Vroeger deden we dat maar erbij, nu gaan we dat serieuzer aanpakken. We waren eigenlijk verbaasd hoe leuk dat bleek te zijn.”
Welke vraag is nog niet gesteld?
Rens, lachend: “Met welk dier zou je Automatic Sam vergelijken?” In eerste instantie vallen dieren als otter, aardwolf, aardvarken en buidelrat. Erik komt met de bobcat, een kat ter grootte van een herdershond. Helaas heeft Pieter een hekel aan katten. Pieter denkt meer aan een roofvogel. Waarna vrijelijk gefantaseerd wordt over knagende roofvogels, een knagende buidelarend of een ratvalk.
Het interview wordt afgesloten met een korte fotosessie en een klein live voorproefje van de albumpresentatie in de vorm van drie nummers van ‘Arcs’ te weten het titelnummer, de lange uitvoering van ‘Heart Of An Enemy’ en op verzoek van de fotograaf van dienst ‘Ukiyo’.
Over de albumpresentatie
In een bomvol Merleyn presenteerde Automatic Sam op vrijdag 31 maart haar nieuwe album. In het café kon het publiek het origineel van de albumhoes bewonderen. De avond werd afgesloten door Krishna. Maar het ging toch vooral over Automatic Sam. Krachtig, zelfverzekerd en ongelofelijk muzikaal wist de band nog een laag extra bezieling te leggen op de nummers die op het album al geweldig klinken. De lang uitgesponnen jam in ‘Heart Of An Enemy’, het slepende ‘End of the World Delight’ en het afsluitende weids uitwaaierende ‘Arcs’ waren de hoogtepunten van een prachtige avond.
Fotografie: Ariane van Ginneke