CD van de Week: Ihsahn – Arktis
|Begin negentiger jaren maakte Ihsahn niet alleen deel uit van het alom geprezen Emperor, maar was hij ook met diverse bandleden en Noorse bands uit de black metal betrokken bij de kerkverbrandingen. Gespannen tijden met diverse strijden die blijkbaar gestreden dienden te worden. Of Ihsahn op dit moment berust of de rust gevonden heeft, is niet duidelijk op te maken aan de hand van dit nieuwe album.
Het ene moment lijkt dit wel degelijk zo te zijn, het volgende moment klinkt hij strijdvaardiger dan ooit tevoren. Sinds 2005 is hij bezig met dit project, wat trots zijn naam draagt. De 6e worp is er 1 die aan de luisteraar om wat geduld vraagt. Als multi-instrumentalist is hij er weer in geslaagd, een zeer gevarieerd album bij elkaar te pennen. Verwacht niet alleen zijn typische stemgeluid, wat we allemaal kennen uit de Emperor periode, maar er wordt driftig gestrooid met allerlei vocale uitspattingen. Ingetogen, cleane, licht schreeuwende, brute en dubbelstemmige zanglijnen lossen elkaar af. Nummers met kop en start, thema’s en ideeen vliegen alle kanten op. De bruutheid van Emperor schemert door, maar wordt slechts sporadisch behaald.
Het stempel ‘extreme progressive metal’ past dan ook perfect. Dat hij goed geluisterd heeft naar diverse hedendaagse popgiganten, wordt al meteen duidelijk bij het 1e nummer ‘Disassembled’. Muse schiet meteen door mijn hoofd. Zeker in de zanglijnen komt dit tot uiting. ‘Mass Darkness’ wordt dreigend ingezet en ontpopt zich tot een aardige nekkenbreker, zeker wanneer het tempo opgevoerd wordt en de gitaarsolo ongenadig hard er in knalt. De titel ‘My Heart Is Of The North’ dekt de lading volledig en is een geweldenaar. Het Hammond-orgel en de zware gitaar riff zijn zo doeltreffend en maakt dit nummer tot 1 van de toppers van het album.
De productie van het album is heel hedendaags, de invloeden heel divers. De grote gemene deler: de goed gevonden zanglijnen. De stem is hetgeen wat de nummers verbindt, maar daarentegen ook hetgeen wat de nummers een compleet eigen gezicht geeft. ‘Until I Too Dissolve’ begint met zo’n typische 80-er jaren riff en ook hier zijn het toch de stem en de zanglijn die je meenemen. Passages uit ‘Pressure’ zouden niet misstaan hebben op een album van Emperor, maar voordat deze te lang duren, is de stemming alweer gewijzigd.
Ook in ‘Frail’ duikt Muse weer op als ingredient, in de opbouw en sommige vocale elementen. Als je denkt dat je alles gehad hebt, start ‘Crooked Red Line’ met een layback saxofoon waar je ‘U’ tegen zegt. Wat worden we weer op het verkeerde been gezet. Je denkt dat je bent aanbeland in een nummer van wijlen David Bowie. Is er nog meer te melden? Ja! Geef elk nummer de tijd die het verdient, zo ook ‘Celestial Violence’. Ook weer zo’n groeibriljant. Afgesloten wordt er met een bonus-verhaal. Voor de 1 zal dus de plaat 9:13 min. eerder stoppen, dan voor de ander die het wenst af te luisteren.
Het ijzige van het noordpoolgebied (Arktis) is voelbaar en aanwezig, juist op de momenten dat je het niet verwacht. Het album heeft het in zich, om een hele grote doelgroep te kunnen bereiken. Stel je open en beleef de Noorse eigenzinnigheid van een held.
(9/10, Candlelight Records)
1. Disassembled
2. Mass Darkness
3. My Heart Is Of The North
4. South Winds
5. In The Vaults
6. Until I Too Dissolve
7. Pressure
8. Frail
9. Crooked Red Line
10. Celestial Violence
11. Til Tor Ulven (Soppelsolen) Bonus Track