The Pineapple Thief – Versions of the Truth
|Bruce Soord is een harde werker, sinds 2010 volgt er gestaag om de twee jaar een nieuwe Pineapple Thief release, de live- en soloalbums en dvd’s niet eens meegerekend. Het voordeel is dat een tegenvallend album dus relatief snel vergeten kan worden, al loop ik nu misschien wat vooruit op mijn oordeel. Feit is dat dit na het prachtige ‘Your Wilderness’ en de net iets mindere, maar nog steeds prima ‘Dissolution’, de derde samenwerking op rij is met drummer ‘extraordinaire’ Gavin Harrison (voorheen Porcupine Tree), maar wat mij betreft geen drie keer scheepsrecht helaas. De verrassing is er wat af of de formule is uitgewerkt, dat kan ook.
De bekende elementen zijn weer aanwezig. Het technische, doch zeer groovende en subtiele drumwerk van Gavin, de melancholische, wat trieste stem van Bruce, de ‘less is more’ poppy liedjes die zelden echt hard rocken en de open, moderne productie vol met kleine geluidjes. Ook is deze plaat weer aan de korte kant, slechts 44 minuten, wat in de progrock vaak 3 nummers betekent, maar hier krijgen we er tien voor. De vorige twee cd’s waren zelfs nog wat korter. De voorbodes waren eigenlijk prima: de vier singles/ videoclips zijn namelijk niet alleen de eerste vier, maar ook de meer aansprekende songs van het album.
Het titelnummer opent in de bekende stijl, met een subtiele opbouw, wat percussie en langzaam toewerkend naar een iets steviger nummer met een mooi, doch wat eentonig refrein. En de laatste minuut gaat het echt los, al duurt de uitbarsting te kort, vergelijkbaar met bijvoorbeeld in ‘In Exile’ van ‘Your Wilderness’. Het relatief stevige ‘Break it All’ is iets minder aansprekend, alsof het een bonustrack van ‘Dissolution’ is, maar houdt de aandacht toch nog wel vast, met dank aan het gitaarwerk halverwege en het proggy einde. Maar zodra het afgelopen is, ben je het vergeten. Single nummer drie, ‘Demons’ is misschien wel mijn favoriet, het refrein is catchy genoeg, de zangmelodie in de coupletten is prachtig, net als dat Oosterse gitaarloopje. Echte gitaarsolo’s zijn er trouwens helaas nauwelijks te vinden, terwijl dat op ‘Your Wilderness’ een echte meerwaarde was.
Single vier, ‘Driving Like Maniacs’ is een iets te gestileerd, wat te braaf gezongen ballad waarin eigenlijk weinig gebeurd, hij gaat nergens heen en is ineens voorbij. Wel prachtig geproduceerd trouwens, met vele lagen zang over een summiere begeleiding. Helaas zijn de overige zes songs een beetje in deze lijn: rustige luistermuziek, modern geluid, maar rocken of me raken doet het maar sporadisch. ‘Leave Me Be’ gaat gebukt onder het veel te vaak herhaalde refrein. Tijdens de break halverwege had een echte solo niet misstaan, nu blijven het wat losse geluiden. Het trage en opzettelijk wat lui gezongen ‘Too Many Voices’ is helaas weinig aansprekend, want het blijft ook hangen in een aardig idee.
Ik veer even op bij de lengte van ‘Our Mire’ (7:22), is dit wat ‘White Mist’ of ‘The Final Thing On My Mind’ waren voor de vorige twee platen? Niet helemaal, al rockt het wel weer wat meer gelukkig en het drumwerk is zeer overtuigend, net als de spannende opbouw, maar Bruce houdt zich qua zang teveel in, alsof de kinderen niet wakker mochten worden. Maar wel één van de betere songs op de plaat, er is tenminste wat aan te beleven. De navolgende nummers zijn allemaal aardig, doch wat te braaf en voorspelbaar helaas. Alle drie rustig voortkabbelende liedjes die ook op een soloplaat van Soord hadden kunnen staan. Best mooi, maar het vuur, enthousiasme en pit zijn ver te zoeken. Het resultaat van opnemen tijdens corona? Oftewel, niet samen in de studio, maar thuisvlijt? Afsluiter ‘The Game’ trekt in de laatste minuut nog even de aandacht met wat vervormde gitaren, maar is dan plots voorbij.
Na de plaat zo’n tien keer geluisterd te hebben is er eigenlijk maar één nummer dat bleef hangen (‘Demons’) en ik tel totaal zo’n vier echt goede songs en dat is te weinig voor een topband als The Pineapple Thief. Het klinkt me allemaal veel te gezapig in de oren. Alle nummers zijn overigens geschreven door het duo Soord/ Harrison, dus het valt Bruce Soord niet alleen aan te rekenen. Vreemd genoeg staat één van de beste songs op de extra cd die bij de blu-ray of special editon zit. ‘The Swell’ rockt namelijk wel en zit prima in elkaar. Onbegrijpelijk dat die niet aan de cd is toegevoegd. Voor de surroundfans: de blu-ray is qua geluidsmix wel echt spectaculair in 5.1. De bonus cd daarop bevat naast dus één nieuw nummer, zeven alternatieve versies, waarbij de gitaren grotendeels vervangen zijn door percussie. Apart en een echte meerwaarde, dat dan weer wel.
Concluderend: The Pineapple Thief is met deze plaat helaas meer progpop dan progrock geworden en levert zijn zwakste album af in jaren. Hopelijk vindt Bruce Soord nieuwe inspiratie om weer tot grotere hoogtes te reiken. Het is hem gegund, de band had namelijk met de vorige albums een prima reputatie in de eredivisie van de prog opgebouwd; die heeft nu toch een kleine deuk opgelopen. Tijd om weer echt progressief te worden mister Soord! (72/100 – KScope)
Line-up
Bruce Soord – guitars, vocals
Steve Kitch – keyboards
Jon Sykes – bass
Gavin Harrison – drums
Tracklist
1. Versions of the Truth (5:39)
2. Break it All (4:23)
3. Demons (4:31)
4. Driving Like Maniacs (3:29)
5. Leave Me Be (4:11)
6. Too Many Voices (3:14)
7. Our Mire (7:22)
8. Out of Line (4:00)
9. Stop Making Sense (3:21)
10. The Game (4:46)