Trevor Rabin – Rio
|De Zuid-Afrikaanse multi-instrumentalist Rabin volg ik al sinds zijn prima tweede soloalbum ‘Face to Face’ (1980!). Het grote publiek kent hem natuurlijk als de man die hoogstpersoonlijk verantwoordelijk was voor de wederopstanding van Yes. Zijn ‘Owner of a Lonely Heart’ en zijn gitaarspel op ‘90125’ (1983) trokken de dinosaurussen uit het stoffige progrock-moeras. Rabin’s bijdragen aan de gemodificeerde Yes-sound hielden stand tot het prachtige ‘Talk’ (1994), waarna hij zijn bankrekening spekte met talloze soundtracks van Hollywood-blockbusters. Momenteel tourt de goede man ook nog regelmatig met ‘Yes featuring Anderson, Rabin and Wakeman’.
Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan en maar liefst 34 jaar na zijn laatste vocale soloalbum (het moeilijke en instrumentale ‘Jaracanda’ uit 2012 even buiten beschouwing gelaten) komt Rabin met ‘Rio’. Na de prachtige, nogal Yes-achtige eerste single, het epos ‘Big Mistakes’ waren de verwachtingen torenhoog. Het bleek een spannend opgebouwd, zeer mooi geproduceerd nummer te zijn, geconstrueerd rond een memorabele riff en voorzien van een prachtige solo. Tevens werd duidelijk dat zijn heldere en hoge stem nog nauwelijks aan sleet onderhevig is. En dat voor een man van 68.
De rest van het album is overigens een stuk diverser dan menig progrock fan waarschijnlijk zou willen. Dat komt de afwisseling weliswaar ten goede, maar vraagt ook ietwat flexibele oren en een brede smaak. Het bijna zeven minuten durende ‘Push’ valt nog in de categorie prog. Het mooie intro is de opmaat naar een wederom aan Yes-refererende song vol muzikale krachtpatserij van onder meer superdrummer Vinnie Calaiuta. Rabin heeft duidelijk lang geschaafd aan het eindresultaat. Ik kan niet wachten om de surroundmix te horen. ‘Oklahoma’ is een relaxte, trage, deels akoestische ballad die even op gang moet komen, maar halverwege aan kracht wint. Het klinkt bijna als een soundtrack. Langste nummer ‘Paradise’ rockt daarna lekker lichtvoetig de speakers uit. Het kamerbrede refrein is prachtig, net als de weelderige steel-gitaarsolo’s en het a capella-intermezzo. Avontuurlijke track.
Het gas gaat er op in het stevige ‘Thandi’. De midtempo coupletten en het diepe refrein contrasteren nogal met de zenuwachtige jazz-rockachtige instrumentale begeleiding. De gitaarsolo’s zijn de meest flitsende op het album. Dan is het even schrikken van het blije countrywerk in ‘Goodbye’. Als is het na voorgaande muzikale krachtpatserij wel verfrissend eigenlijk. Helaas wordt het gevolgd door het oervervelende ‘Tumbleweed’. Het enige nummer dat ik graag skip, mede vanwege de meerstemmige a capellazang in het eerste deel. Vast hoogwaardig studiowerk, maar niet mijn ding. Gelukkig maakt ballad ‘These Tears’ veel goed. Het dreigende nummer doet wat aan het mooie ‘Can’t Look Away’ van zijn gelijknamige album uit 1989 denken. De aanstekelijke poppy Zuid-Afrikaanse klanken in ‘Egoli’ vergen dan weer meer wat van de tolerantie van de luisteraar, ook al is een catchy liedje. Afsluiter ‘Toxic’ gaat weer terug naar de progrock waar het album mee begon. De vervormde zang werkt wat bevreemdend, maar de song zit vol verrassingen en heeft zowaar een nogal eenvoudig, meezingbaar refrein. De technisch hoogstaande solo doet aan die in de grootste Yes-hit denken.
Zo mooi als ‘Can’t Look Away’ of ‘Wolf’ is deze ‘Rio’ niet geworden, daarvoor is het album mij net iets te divers. Maar er staat een aantal prachtige songs op en er gebeurt zoveel dat je bij iedere luisterbeurt weer nieuwe dingen ontdekt. En de productie is fenomenaal! Sowieso mogen we blij zijn dat Trevor Rabin zijn soundtrackwerk hiervoor even op pauze zet, wat een talent.
(84/100 – Inside Out Music)
TRACKLIST
1. Big Mistakes (5:34)
2. Push (6:48)
3. Oklahoma (6:52)
4. Paradise (7:03)
5. Thandi (4:22)
6. Goodbye (5:10)
7. Tumbleweed (4:08)
8. These Tears (5:18)
9. Egoli (4:03)
10. Toxic (5:45)
Lineup
- Trevor Rabin: alle instrumenten
- Vinnie Calaiuta: drums (Push)
- Liz Constantine: achtergrondzang
- Dante Marchi: achtergrondzang
- Lou Molino: drums
- Ryan Rabin: percussie