Birth of Joy en Death Alley: afscheid met de perfecte rock ’n roll show
|“Alright, wörld… After years of hypermotion, time has come for hibernation. These final shows of our Superbia tour will be your last chance to dance with us for a while. After the 3rd of January in Paradiso, we’ll be off the radar for an indefinite period. So you predators better not sleep on it… boogie while it lasts!”
Op 1 oktober deed een van de iconen van de Nederlandse gitaarmuziek, Death Alley, rockfans opschrikken met bovenstaand Facebook bericht. Dit kwam bovenop het eerder aangekondigde afscheid van Birth of Joy, de band die niet alleen rock ’n roll speelde maar deze ook letterlijk leefde. Een trieste boodschap voor de rock ’n roll in Nederland in één klap 2 vaandeldragers van de harde gitaren die hun instrumenten aan de spreekwoordelijke wilgen hangen. Het goede nieuws was dat ze dit niet ongemerkt voorbij wilden laten gaan. Nog een keer gingen Birth of Joy en Death Alley samen de Nederlandse podia bestormen om dit afscheid samen met hun fans te beleven. Het slotakkoord vindt plaats in de mooiste tempel voor de Nederlandse popmuziek: Paradiso.
De beide muzikale pensionado’s in spe worden bijgestaan door NEED, Ploegendienst en Richie Dagger.
NEED
NEED is een relatief nieuwe band, opgericht in 2015, maar haar leden hebben een verleden in tal van roemruchte Amsterdamse bands waaronder Brat Pack, Aux Raus en Local Spastics. Muzikaal kan NEED geplaatst worden tussen Danzig en The Wipers, van melancholisch tot masculien.
NEED vliegt er in met puntige punk liedjes. Het mooist wordt het als de heren het tempo een beetje laten zakken, dan komen Jeroen’s riffs het best tot hun recht. Een voorbeeld is het groovende Tongue waar tussen de lagen distortion mooie melodieën liggen begraven. Soms klinkt NEED ronduit puberaal, bijvoorbeeld in ‘White People’ waarvan je hoopt dat een en ander ironisch bedoeld is. Tussendoor laat zanger Sam vallen dat ook NEED binnenkort op gaat houden te bestaan. Maar vanavond geeft NEED nog vol gas om Paradiso op te warmen voor het moois dat er nog komen gaat. De band doet dat met succes, getuige de eerste moshpits van de avond.
Death Alley
Death Alley is zo’n beetje het jongensboek van de rock ’n roll, vol branie, avontuur, slaande deuren, en kolkende zalen. Al na 2 shows ging Death Alley op tour in het buitenland, met nauwelijks voldoende nummers voor een half uur show. Death Alley is de revelatie van festivals als Noorderslag en Roadburn. In 2016 wordt bassist Dennis tot zijn ontzetting uit de band gezet waarna de band zichzelf opnieuw uit moet vinden. Dit resulteert in het tweede album ‘Suburbia’ dat begin dit jaar verscheen. En nu is dan de koek op en gaat Death Alley in een winterslaap. Maar niet voordat de band nog één keer samen met haar fans de Paradiso tot de grond toe heeft afgebroken.
Onder de gedragen tonen van ‘Come to the Sabbath’ van Black Widow betreden Oeds, Uno, Douwe en Sander het podium. Death Alley opent vol vuur met een van haar psychedelische rock anthems ‘Black Magick Boogieland’. Moddervette grooves neergelegd door drummer Uno en bassist Sander worden naar een volgend niveau getild door de grommende riffs en psychedelische gitaarsolo’s van gitarist Oeds. Zanger Douwe is niet de meest begenadigde zanger, maar hij compenseert dat ruimschoots met zijn tomeloze enthousiasme, inzet en zijn sensuele dansmoves. Geregeld laat Death Alley het tempo wat zakken waardoor de loodzware baslijnen alleen maar harder binnenkomen. ‘Headlights in the Dark’ is daar een mooi voorbeeld van. Tijdens het massaal meegeschreeuwde refrein “Gotta see it coming!” gaan overal de vuisten de lucht in. Al aan het begin van de show ontstaat voor het podium een moshpit. Deze groeit tijdens de show alleen maar aan terwijl links en rechts stage divers en crowd surfers over het publiek heen worden gedragen. Een Death Alley nummer is vaak vooral de aanleiding voor alweer een uitgerekte jam waarin met name Sander en Oeds elkaar uitdagen en tot grote hoogte opstuwen.
De show van Death Alley krijgt haar apotheose in het epische ‘Supernatural Predator’ waarmee Death Alley Paradiso meeneemt op een psychedelische trip in haar universum. Laverend tussen snoeiharde rock, hypnotiserende grooves en jazzy jams gaan Death Alley en Paradiso samen nog één keer los.
Death Alley verkeert in grootse vorm, wat het alleen nog meer zonde maakt dat de band ermee stopt. We kunnen alleen maar hopen dat het een winterslaap betreft en geen definitief afscheid. Death Alley bedankt! We zullen jullie missen.
Birth of Joy
11 Jaar lang, meer dan 1300 shows in heel Europa, en iedere keer weer erin vliegen alsof het de allerlaatste is. Dat is in één zin de historie van Birth of Joy. Uitvinders van hun eigen genre “Sixties on Steroids”. Vanavond is het dan écht de laatste.
Birth of Joy is tomeloze energie, rauwe, in-your-face rock ‘n roll gespeeld door een verschrikkelijk muzikaal trio muzikanten. Gertjan is de koning van de hammond, Kevin een baas op gitaar en Bob de onvermoeibare kapitein achter de drumkit.
De rammelende kettingen en stampende beat van ‘Prisoner’ begeleidt de opkomst van Birth of Joy voor een uitzinnig Paradiso. Birth of Joy heeft er zin in! Vanaf opener ‘Join the Game’ gaat de band er vol in, de energie spat werkelijk van het podium. Gertjan’s gierende en grommende Hammond luidt samen met de duistere klappen van Bob het diep groovende ‘Devil’s Paradise’ in. Paradiso geniet, maar het gaat pas echt los tijdens de striemende rock ’n roll van van ‘Teeny Bopping’. Het publiek transformeert in een kolkende massa die niet meer stil zal gaan staan tot de laatste orgelriff wegsterft. Birth of Joy verkeert in grootse vorm. Kevin betoont zich een ware frontman, baas op de gitaar, de longen het lijf uit zingen terwijl hij het publiek bespeelt. Gertjan zorgt met een hand voor de basgrooves terwijl zijn andere hand de meest psychedelische riffs uit zijn Hammond orgel perst. En Bob? Bob is een fenomeen, de man lijkt drie armen en net zoveel benen te hebben, met ogenschijnlijk gemak tovert hij de meest complexe ritmes uit zijn drumkit en nooit lijkt het effectbejag. Zelfs in de uitgebreide drumsolo heb je niet het gevoel dat hij je wil imponeren met zijn kunsten, iedere klap is raak en nooit overbodig. In ‘Envy’ wordt het gaspedaal wat teruggenomen en hoor je pas goed wat een geweldige rockmachine Birth of Joy is. Langzaam bouwt de band richting de bevrijdende explosie waarin de gierende solo van Kevin een hoofdrol opeist. Via het slepende pareltje ‘Three Day Road’ gaan we langzaam richting de finale. Birth of Joy trapt het gaspedaal weer diep in en na een ziedende uitvoering van ‘Know Where to Run’ waarin band en publiek nog één keer samen het leven vieren is het ook voor Birth of Joy voorbij.
Birth of Joy neemt op haar hoogtepunt afscheid van haar fans. Natuurlijk zien we Kevin, Bob en Gertjan in verschillende hoedanigheden terug op het podium. Maar stiekem hopen we allemaal dat Birth of Joy nog ooit een herstart maakt.
Nadat de laatste noten weggestorven zijn op het hoofdpodium van Paradiso barst in de kleine bovenzaal de afterparty los met Ploegendienst en Richie Dagger. En het was nog lang onrustig aan de Weteringschans.
Enigszins ironisch is het wel dat deze afscheidsshow van twee iconen van de Nederlandse rock scene een bijna perfecte rock ‘n roll avond brengt die wellicht in de jaarlijstjes van 2019 gaat belanden.
© fotografie Jop Langenhoff